Robert Bresson - de genegeerde peetvader van de Nouvelle Vague
- peterduyf
- Jan 14, 2024
- 2 min read
Bresson: regisseur die eigenlijk geen regisseur was, katholiek die eigenlijk geen katholiek was, schilder die eigenlijk geen schilder was, en toch was hij het alle drie, tegelijkertijd.
We zien mensen aandacht kijken, verhogen op hun voeten om over de mensen voor hen heen te kijken, ogenschijnlijk, maar veeleer is het een hoop te kunnen controleren wat ze niet kunnen controleren. We horen geren, het zoevende geluid van de hoeven in het zand, een man schreeuwt wie op kop rent, wie wordt ingehaald, waar het misgaat. Een man staat met zijn rug naar de paardenrennen toe en, net als wij, met zijn gezicht naar de mensen. Hij zoekt iemand die zo wordt betoverd door wat er op de renbaan gebeurd, dat hij - of zij - zichzelf volledig vergeet. Dat is het slachtoffer dat hij nodig heeft. Diens geld kan hij heimelijk uit zijn zak halen. Daarover later meer. Deze scene, we horen alles, zien alleen de mensen.
Een andere scene. Een man zit in een auto, handen geboeid, de man naast hem is van de politie. We rijden, de camera op hun gezicht dus achteruit, met hen mee door Parijs. De auto remt af. De geboeide man opent de deur en zet het op een rennen. Anders dan bijna altijd, blijft de camera in de auto; op de agent en op de nu lege stoel naast hem. We horen geren, geschreeuw, een shot. We horen alles en door het te horen zien we het - maar onze ogen zien alleen de politieagent en de lege stoel.
Bresson: de regisseur die juist dat perspectief zoekt, waar de actie niet plaatsheeft. Alsof we er niet helemaal deel van mogen zijn.
Commentaires