Perfect Days
- Peter van Duyvenvoorde
- Jan 12, 2024
- 5 min read
Updated: Feb 4, 2024


Ik kan niet wachten om naar een publieke wc of een shintotempel te gaan - die hebben meer met elkaar gemeen dan je denkt
De alledaagsheid stilzetten – daar gaat het om in de nieuwe film van de Duitse regisseur Wim Wenders. Hirayama (Kôji Yakusho) maakt wc's schoon. Iedere dag, ook in het weekend, volgt hij een vast patroon. Hij staat op, trekt zijn overall aan, pakt buiten wat te drinken uit de machine, gaat in zijn busje zitten, zoekt een cassettebandje uit van steevast iedere keer een Amerikaanse artiest als Lou Reed of Patty Smith, rijdt naar de welgestelde wijk Shibuya en maakt daar de wc's schoon. Niet zomaar wat toiletten, overigens, maar de meest moderne, fraai ontworpen. In de pauze gaat hij naar een park, dat hij betreedt door een poort waar hij een korte buiging maakt omdat het een shinotempel is, waar hij een broodje eet en met een oude camera foto's maakt van het zonlicht dat door de bomen schijnt (in het Japans Koremebi genoemd). Nadat hij zijn werk naar eer en geweten, dusdanig dat hij zelfs een klein spiegeltje heeft om te kijken of het onder de wc wel schoon genoeg is, heeft gedaan, eet hij noodles in een drukbezocht zaakje waar honkbal op televisie is. Daarna gaat hij naar huis, leest nog een boek, ook weer van Amerikaanse schrijvers (Faulkner), valt in slaap en de dag daarna herhaalt het zich.
De weekenden zijn even duidelijk gestructureerd. Hij zorgt dat zijn overall gewassen wordt, neemt een bad, laat zijn foto's ontwikkelen, scheidt de gelukte van de mislukte, koopt een nieuw boek dat hij de komende week gaat lezen en hij eet in een restaurantje.
Zijn routine wordt verstoord doordat zijn nichtje ineens op de stoep staat. Althans, zo verstoord raakt het ook niet, hij neemt haar gewoon mee zijn eigen routine in.
Deze nieuwe film van Wim Wenders, de Duitse regisseur die misschien wel een van de mooiste films ooit maakte met Der Himmel Uber Berlin, kwam op een vreemde manier totstand. Tokyo vroeg hem of hij een promofilmpje wilde maken van de nieuwe wc's die waren geplaatst in Shibuya. Vijftien van de belangrijkste architecten van Japan waren gevraagd om een toilet te ontwerpen en het resultaat mocht wel getoond worden, vond de gemeente. Wenders echter stelde voor om er dan een speelfilm omheen te maken. Een promofilmpje vond hij te weinig. Dit klinkt niet als het begin van een bijzondere film, toch heeft Wenders precies de juiste snaar gevonden om én een eigen verhaal te vertellen én die mooie, potver wat zijn ze mooi, wc's een volwaardige plek te geven.
Perfect Days is een meditatieve film geworden. Shinto als je het een Japanse spirituele naam wil geven, Benedictijns als je het christelijk zou duiden. Iedere daad, hoe klein ook, is een daad die zich in de schepping bevindt en tot de schepper verhoudt en verdient daarom je algehele aandacht. Mindfulness, zeg maar. Of het nu een foto ontwikkelen is, een boek lezen, een wc schoonmaken – wat je ook doet, doe het met al je aandacht. Wc's schoonmaken is natuurlijk weinig glamoureus. Maar Hirayama voelt er geen vernedering in. Zelfs niet als hij bij een speeltuin een verdwaald meisje van een jaar of zeven, acht helpt om haar moeder te vinden en zij die schoonmaker niet bedankt maar uitkaffert en wantrouwend aankijkt. In een klassesamenleving als Japan, in een wijk als Shibuya, bestaat hij eigenlijk niet. En hij moet zich al helemaal niet met hun kinderen bemoeien. Maar Hirayama blijft opgewekt, vrolijk.
Het is alsof Perfect Days ieder moment van de dag even stilzet, er een foto van maakt en ons ernaar laat kijken. Gevolg hiervan is een diepgevoelde intimiteit. Je hebt echt het gevoel dat je even, wat zal het zijn, een week of twee met Hirayama op pad gaat, je naast hem in de auto zit, met hem mee mag op reis en na twee weken neem je ook weer afscheid van elkaar. Geen complex plot, geen apotheose, gewoon twee weken in een leven van een wc-schoonmaker.
Bijna gaat de film de grens over. Als de moeder van het nichtje, dus de zus van Hirayama, voor de deur staat, ontdekken we iets meer over zijn verleden. Ik zou dat hier kunnen zeggen, want het is geen spoiler, maar ik denk dat de kijker zelf moet kiezen wat ervan te vinden. Holdovers, die andere hit van het najaar, kiest ervoor om iedere komma van de personages op een of ander moment wel op het toneel te laten verschijnen. Daar klopt het, ja, daar is het zelfs nodig. Hier hoeft dat niet, want het gaat uiteindelijk niet om wie Hirayama hiervoor was. En gelukkig blijft Wim Wenders net aan de goede kant van de grens; hij geeft iets weg, maar laat nog genoeg te raden over.
Nog even over die naam, Hirayama. Het is geen toeval dat dit óók de familienaam is van de hoofdrolspelers in de film Tokyo Story van de Japanse grootmeester Yasujiro Ozû uit 1953. Wim Wenders heeft vaker aangegeven hoezeer Ozu een van zijn helden is. Zonder de Japanse canon onrecht aan te willen doen, is het redelijk veilig om te zeggen dat er twee toonaangevende regisseurs waren: Kurosawa – bekend van Ikiru en Seven Samurai en eerdergenoemde Ozu. Kurosawa was bekender in het Westen, zijn films hebben een enorme invloed gehad op bijvoorbeeld Martin Scorsese, maar überhaupt op het maken van actiefilms in Hollywood. Ozu was meer een écht Japanse filmmaker. Tokyo Story gaat over twee Japanse mensen op leeftijd die hun kinderen bezoeken in Tokyo. Die kinderen zitten echter niet op hun ouders te wachten en door de hele film is duidelijk, hoezeer die kinderen dat ook verbergen, dat de ouders een last zijn geworden nu ze zo op leeftijd zijn. Tokyo Story liet iets iets zien van het Japanse leven van de jaren '50, van de nieuwe economie, van de stad. Wenders laat met zijn Perfect Days iets zien van het Tokyo van nu, 2024. En blijkbaar, gezien de keuze voor de naam van het hoofdpersonage, wil de Duitse regisseur zich ook in de traditie van Ozu plaatsen.
Dat lukt echter niet helemaal. Daarvoor is Perfect Days, hoe bijzonder ook, net teveel een postcard film van Tokyo geworden. Let wel: net teveel, dus grotendeels niet. En misschien blijft dat wat op het spel staat voor Hirayama toch iets teveel op de achtergrond, ontgaat hij onze grip waardoor de film op een afstand staat. De laatste scene, fascinerend, komt dan ook niet helemaal over. Erg is dat echter niet. Want Perfect Days neemt ons wel helemaal mee. En het houdt het cynisme van alledag, van belangen en wat mensen eigenlijk willen, van conflicten, ver van ons weg. Dat kun je op twee manieren interpeteren: of dat de film te kort schiet, maar ook de andere kant op: wat verfrissend om een film te kijken en alleen het goede van mensen te zien. Stil te staan bij hoe het zonlicht door de bladeren schijnt, hoe mensen op elkaar reageren, hoe belangrijk het is om aandacht te hebben voor wat je op dat moment doet.
Perfect Days voelt misschien ook meer als een gebed dan als een film. Voor twee uur dompelen we onszelf onder in een Japans spiritueel perspectief op het leven en de wereld. Publieke wc's zullen nu altijd net wat anders voor me betekenen en gezien hoeveel we daar gebruik van maken, is dat toch heel wat van een film om te bereiken.
Comments