After Hours
- Peter van Duyvenvoorde
- Feb 12, 2024
- 4 min read
Updated: Feb 28, 2024


Niets goeds kan er gebeuren na 3 uur 's nachts zei mijn moeder altijd. En volkswijsheden zijn altijd waar. Maar wat moet je doen als je nog niet thuis bent op dat tijdstip en om bijna magische redenen ook niet thuis kúnt komen? Vluchten.
Eén shot springt eruit. Paul Hacket (Griffin Dunne) belt aan bij Macy (Rosanna Arquette) die hij eerder die avond ontmoet heeft. De camera focust, als Hitchcock zou ik hier zeggen als het niet zo pretentieus zou klinken, op de deurbel. Zijn vinger drukt erop. Van boven een stem: rauwe vrouw, aantrekkelijk, typisch jaren '80 kapsel, kunstenares. Of hij Paul is. Wanneer hij antwoordt van wel, zegt ze dat hij de sleutels moet vangen. De camera focust op de sleutels, we zien ze vallen, bewegen met ze mee, dan zien we Paul's gezicht en we weten dat het hem niet lukt om ze te vangen en zijn bang dat ze op zijn gezicht zullen vallen. Net op het laatste moment zet hij een stap achteruit. De boodschap is duidelijk: overal sluimert het gevaar – en dit zal alleen nog maar toenemen.
Paul en Macy ontmoetten elkaar een paar uur daarvoor. Hij las een boek van Henry Miller, Tropic of Cancer, zij sprak hem aan en citeerde uit het boek. Er zijn steden voor minder in brand gestoken. Ze praten, voelen een klik, zij geeft hem haar nummer en eenmaal thuis belt hij haar op.
Macy woont in SoHo, toen een verlaten wijk die 's nachts bemand werd door prinsessen van de nacht, verslaafden, verstotenen, heimelijke homoseksuelen, criminelen en stellen en singles met kinky seksuele voorkeuren. Zo verblijft Macy in een Loft bij Kiki (Linda Fiorentino), kunstenares van onheilspellende beelden van papier maché en extreme bdsm'er die praat over verbrand worden. In Macy's slaapkamer probeert Paul een gesprek aan te knopen, voort te borduren op de energie die ze eerder die avond hadden toen ze elkaar ontmoetten. Maar al gauw blijkt het bij Macy, tsjah, hoe zeg je dat, blijkt ze ze niet alle 24 in een kratje te hebben.
Misschien heeft Paul wat ongeluk, je ontmoet iemand, krijgt een telefoonnummer, wie weet, misschien wel de vrouw van je dromen – ze citeert immers uit een literair werk. Nou, niet echt dus. Maar het drama stapelt zich op. In de van rook begeven straten van SoHo die allemaal op elkaar lijken, raakt Paul steeds verder verdwaald. Bij Utrecht Centraal hangt een tekst van de onvolprezen Utrechtse schrijver C.C.S. Crone: "En hoe verder hij ging, des te langer was zijn terugweg." In het geval van Paul: Hoe harder hij probeerde thuis te komen, des te verder was hij van huis.

Onheilspellende vreemdelingen, onverwachte gestegen prijsstijgingen voor de trein of metro – waardoor Paul geen geld heeft om thuis te komen –, een zelfmoord, sadomasochisme, een nachtclub vol met punkers, het is immers "mohawk night", een vrouw die gek is, een barman die hem wil helpen geld te geven wiens kassa niet wil openen en een menigte die hem tot een dief bestempelt. Hoeveel ongeluk kan een mens hebben? Ook Paul wordt het teveel als hij op zijn knieën neervalt, midden in SoHo (of aan de rand, want ik ken die wijk helemaal niet) en schreeuwt naar boven: "Wat wilt u van me? Wat heb ik gedaan? Ik ben gewoon een tekstverwerker, verdomme." De schaduw van Job klinkt hierin door: niets gaat nog goed, alles wat hij aanraakt verandert in chaos. En het lukt hem maar niet om thuis te komen!
Je zou het niet zeggen maar After Hours wordt gezien als een komedie. Donker weliswaar maar een komedie niettemin. En dat zit er ook in: de absurditeit heeft iets lachwekkends. Maar wat vooral blijft is het benauwde gevoel. New York wordt gereduceerd tot een paar straten waaruit geen ontsnapping mogelijk lijkt. En toch was ik jaloers op Paul. Ik was direct van plan om ook after hours naar buiten te gaan. Maar het is zondagavond, Amsterdam, de straten zijn verlaten, mij zou, helaas, niets gebeuren.
After Hours was een onverwachte film voor Scorsese. In een interview met Fran Lebowitz (zie onderaan) zegt hij dat hij er doorheen zat. Hij was bijna een melaatse in Hollywood. Zijn vorige film, de door Amerikanen onbegrepen King of Comedy met Robert DeNiro, was een flop. De droom die bijna uitkwam, namelijk, de verfilming van de roman The Last Temptation of Christ werd een maand voordat ze zouden beginnen met filmen geannuleerd door de studio, terwijl alles al klaarstond. Miljoenen waren al uitgegeven. Toch stopten ze met de film. Een avond voordat hij uit zou gaan, hij was zijn das aan het strikken, hoorde hij op televisie: "En de flop van het jaar is The King of Comedy!". Ieder ego is kwetsbaar, ook dat van Scorsese. Hij wist bijna niet wat hij moest doen en stond zelfs op het punt om te stoppen met filmen. Toen was daar After Hours. Het script geschreven door een masterstudent (Joseph Minion). Terug naar de kern. Klein team, snel schieten, improviseren. Liefde voor film hervinden. En godzijdank lukte dat. Hierna maakte hij, zoals gezegd, The Last Temptation of Christ, nog steeds een van zijn beste films, daarna Goodfellas en het Oeuvre waar de meeste mensen hem om kennen. En dat allemaal dankzij deze verborgen diamant.
Taxi Driver bezocht het nachtelijke New York, Gangs of New York het ontstaan van die stad, Goodfellas en Mean Streets de gangsters en After Hours onderzoekt weer de staat van Manhatten. De gekte, het extreme, een stad die leeft en nog niet gecommodificeerd is. Van die films is After Hours de minste. Interessant, fascinerend, rijk, waard om gezien te worden. Maar toch is het terecht dat het niet als een van de klassiekers wordt gezien van Scorsese. En dat heeft eerder met hemzelf dan met de film te maken. Van ieder andere regisseur had 'ie vier lantaarns gekregen. Of dit eerlijk is, weet ik niet; de lat ligt gewoon te hoog bij Scorsese.
ความคิดเห็น